Toen aan de wereldberoemde, hoogbejaarde pedagoge Nadia Boulanger (1887-1979) werd gevraagd hoe ze dacht over Max Bruch in relatie tot Beethoven, was ze even van haar stuk gebracht: 'lk denk nooit aan Bruch: je kunt de 'butte Montmartre' niet vergelijken met de Himalaya. Aardig gevonden, een beetje te begrijpen, maar onnodig kleinerend. Bruch was geen topper maar oak geen kleintje en op zijn manier wel degelijk geniaal. Althans, hij is als genie begonnen. Op zijn 28ste schreef hij zijn grote meesterwerk: het Eerste vioolcon-cert in g. Een concert dat schouder aan schouder staat met de vioolconcerten van Mendelssohn en Brahms. In het wereldgeheugen hebben zich niet voor niets het zangerige Adagio en het energieke eerste thema van de Finale vastgezet. Het is Bruch in zijn lange leven niet gelukt het succes van zijn eersteling te evenaren. Voor Jack Liebeck niets dan lof. Oat hij een lans breekt voor stukken waar andere violisten hun neus voor ophalen is te prijzen. Eerder nam hij Bruchs vrijwel nooit gespeelde Derde vioolconcert en de Schotse Fantasie op. Er staat ons dus nag meer te wachten! Liebeck niet-sentimentele betoog is weldadig, maar het orkest wil soms grater dan de ruimte aankan.