Hoewel Rebecca Clarke (1886-1979), die werd opgeleid aan de Royal Academy of Music in London, een Amerikaanse vader en een Duitse moeder had, is de uiteindelijk in 1979 in de Verenigde Staten overleden componiste op en top Engels in haar werk. Vandaar dat haar beroemde Altvioolsonate goed combineert met het werk van landgenoten als Frank Bridge en Ralph Vaughan Williams, die door zijn omgang met de Engelse volksmuziek grote invloed had op het werk van Clarke. De Altvioolsonate waarmee Clarke in 1919 meedeed aan Coolidge Competition van Elizabeth Sprague Coolidge en de tweede prijs won, is nog altijd haar bekendste werk. Nadat haar muziek enkele decennia een kwijnend bestaan leed, is deze Altvioolsonate terecht herontdekt en uitge groeid tot een twintigste-eeuws repertoirestuk. Niet algemeen bekend is dat Clarke het werk publiceerde voor altviool of cello. Dat komt vooral omdat er weinig goede cello-opnamen zijn. Daarin is nu verandering gekomen met de opname van celliste Natalie Clein en pianist Christian Ihle Hadland. De cello geeft de Sonate een robuustere klank en laat de taal van Clarke die doorspekt is met chromatiek, verwijde en poly-tonaliteit in deze sonate nog duidelijker en scherper spreken. Wat dat aangaat klin ken de drie korte werken en de Cellosonate van Frank Bridge een stuk milder en lieflijker. Net als de Six Studies in English Folk Song van Vaughan Williams, die de cd besluiten en nog even samenvattend duidelijk maken dat het de Engelse tongval en volksmuziek is die de drie componisten op deze mooi verzorgde cd verbindt.